Doop van de Heer C - 'Jij bent mijn allerliefste' (08/01/2022)
Openingslied: ♫ 186 Het lied van de verlossing die nabij is (strofe 1 - 2 - 5 - 6)
Refrein: De nacht loopt ten einde, de dag komt naderbij.
Het volk dat woont in duisternis
zal weten wie zijn Heiland is.
Onverwacht komt van hein-d' en ver
de mensenzoon, de morgenster.
Tekens aan sterren, zon en maan,
hoe zal de aarde dat bestaan?
Zo spreekt de Heer: verheft u vrij,
want uw verlossing is nabij.
Een twijgje, weerloos en ontdaan,
zonder gestalte, zonder naam.
Maar wie gelooft verstaat het wel.
Dat twijgje heet: Emmanuel.
Die naam zal ons ten leven zijn.
Een zoon zal ons gegeven zijn.
Opent uw poorten metterdaad,
dat uw verlossing binnengaat.
Inleiding (Jackie)
Eergisteren vierden we het feest van de Driekoningen, ik weet niet of jullie ook allemaal taart hebben gegeten met een boon? Wie was er de koning?
Maar vandaag springen we 30 jaar verder. En zoals ieder jaar horen wij het verhaal van de doop van Jezus door Johannes de doper.
Ik denk dat het goed doet te reflecteren over wat het betekent gedoopt te zijn. Als ik vanuit mijn persoonlijk leven reflecteer en met bv. met mijn kinderen hier over praat (ik denk dat we allemaal kinderen, vooral kleinkinderen hebben waar men het niet evident vindt om de kinderen te dopen) dan stelt men de vraag waarom zouden we dat doen? Voor de vergeving van de zonden (de doop schenkt vergeving van de zonden)? Dan krijg ik niet veel weerklank. Om lid te worden van de kerkgemeenschap? (heel wat mensen laten zich ont-dopen om dat ze niet meer met het instituut van de kerk te maken willen hebben?
Als soort ‘Covid Safe Pass’ om verder te mogen in die kerkgemeenschap, in het Rijk Gods en verder sacramenten te mogen ontvangen?
In onze discussie geen overtuigend argument….
Lastig … en toch loont het de moeite om stil te staan bij het belang van het doopsel.
Onze bisschop Lode, die we recent op bezoek hadden in de Clemenspoort, vraagt ons na te denken over de fundamenten en de betekenis van het doopsel.
Hij gaf ons alvast een voorzet door middel van een tochtboek dat werd uitgegeven in ons bisdom: Leven vanuit de doop.
In de synoptische evangeliën brengen zowel Matteüs, Marcus als Lucas het verhaal van de doop van Jezus in de Jordaan.
Vorig jaar luisterden we naar Marcus, dit jaar naar Lucas.
Je moet weten, in die tijd dat Lucas dit schreef was er in de jonge kerk nogal wat polemiek tussen de leerlingen van Jezus en de leerlingen van Johannes.
Wie was er nu de ware Messias?
Lucas wil dit heel duidelijk stellen en benadrukken dat niet Johannes, maar Jezus de Messias is.
Johannes doopte met water, maar Jezus met Geest en vuur. En, hij laat Johannes zelf uitsluitsel geven in deze discussie. Laat ons luisteren …
Lezing: Lucas 3, 15-16.21-22 (NBV21)
Het volk was vol verwachting, en allen vroegen zich af of Johannes misschien de messias was, maar Johannes zei tegen hen: ‘Ik doop jullie met water, maar er komt iemand die machtiger is dan ik; ik ben het zelfs niet waard om de riemen van zijn sandalen los te maken. Hij zal jullie dopen met de heilige Geest en met vuur.
Heel het volk liet zich dopen, en toen ook Jezus was gedoopt en Hij aan het bidden was, werd de hemel geopend en daalde de heilige Geest in de gedaante van een duif op Hem neer, en er klonk een stem uit de hemel: ‘Jij bent mijn geliefde Zoon, in Jou vind Ik vreugde.’
Homilie (Jackie)
Zoals ik daarnet zei verhaalt Lucas de doop van Jezus door Johannes grotendeels op dezelfde manier als Matteüs en Marcus.
En toch zijn er 2 zaken die mij hier in de tekst van Lucas raken.
Ten eerste: Ik weet niet of je er op gelet hebt, waarschijnlijk niet, ik in eerste instantie ook niet, maar het is alleen Lucas die vermeldt dat Jezus na zijn doop in gebed
was. Lucas legt grote nadruk op het feit dat Jezus bij belangrijke gebeurtenissen contacteert met zijn Vader. En, het is duidelijk dat wat hier gebeurde voor Jezus een indrukwekkende ervaring was, die Hij van binnenuit beleefde.
Ik nodig jullie daarom uit de tekst van dit evangelie wat te laten bezinken door gedurende een minuut te contacteren met het mystieke van de Vaderlijke God zoals Jezus ons Hem heeft leren kennen, om gedurende 1 minuut te bidden. En omdat muziek ons, in ieder geval mij, helpt om te bidden gebruiken wij de muziek van Bach als gebed. We luisteren biddend naar het recitatief uit 'Christ unser Herr zum Jordan kam', een cantate van Bach met het verhaal van de doop van Jezus.
Dit heeft God helder met woorden en beelden duidelijk gemaakt,
bij de Jordaan liet de Vader openlijk zijn stem bij de doop van Christus horen;
hij sprak: Deze is mijn geliefde Zoon, in hem heb ik welbehagen;
hij is van de hoge, hemelse troon voor het welzijn van de wereld
in nederige gestalte gekomen
en heeft het vlees en bloed van de mensenkinderen aangenomen;
neemt hem nu als uw Heiland aan en hoort zijn kostbare onderwijzingen!
© J.S. Bach - Cantata BWV 7 'Christ unser Herr zum Jordan kam'
En dan gebeurt het …
Wat in het evangelie van Lucas staat als de hemel die open ging (Marcus sprak vorig jaar zelfs van de hemel die open scheurde) en de Geest die als een duif uit de hemel neerdaalt en op Jezus komt zitten, moet je natuurlijk niet te letterlijk nemen. Maar ik denk dat wij wel allemaal al eens, weliswaar in een kleinere proportie, de ervaring hebben gehad, bij een bijzondere ontmoeting met mensen, bij een stil moment van meditatie, bij een gebed, of het zingen van een lied, ‘hier gebeurt iets bijzonder’. Die sterke ervaring wordt hier ook zo door Lucas beschreven: Als Jezus de kant van de mensen kiest, dan zegt God, “Jij bent mijn Zoon!” Anders gezegd: In Jou herken ik iets van mezelf. Wat je daar doet, dat kon ik geweest zijn. Je lijkt op mij. Ik hou van jou! Jij bent mijn geliefde.
Het is deze ‘liefdesverklaring’ die mij als 2de gegeven geweldig aansprak in de tekst van Lucas. Bij het doopsel stellen wij ons open voor de liefdesverklaring van God. Dit wordt zo vurig weergegeven in dit schilderijtje van de Chinese hedendaagse kunstenaar He Qi. Deze ‘liefdesverklaring’ waardoor Jezus, en door Hem wij, ervaren dat wij bemind worden, graag gezien worden, en wel door een God die niet veraf is, maar wiens Liefde heel nabij is, wiens menslievendheid over Hem en ons neerkomt als met de zachtheid van een duif.
Hier ligt natuurlijk het grote verschil met het beeld dat Johannes had en doorgaf, het beeld van een strenge, straffende God, die met zijn streng oordeel en vernietigend vuur, de mensen bedreigde en met schrik tot bekering wilde brengen. Een beeld dat ook lang de kerk predikte.
Hier voelen we sterk aan dat Jezus juist geen Vertegenwoordiger wil zijn van zo'n straffende, dreigende God, maar wel van een hartelijke God, die aanmoedigt en vreugde brengt. Als Hij vuur brengt dan is het niet het vuur dat vernietigt, maar het vuur van de innerlijke bezieling. Zijn methode is dan ook nooit dreigend, maar de methode van de Dienaar van Jahweh : "Het geknakte riet niet breken, de kwijnende vlaspit niet doven" wat we straks nog zullen zingen (Jesaja 24). Hoe verkondig je trouwens een hartelijke God, tenzij door veel zachtheid en groot geduld, barmhartigheid en onvermoeibare dienstbaarheid. Heel het leven van Jezus zal er dan ook in bestaan al dienend de mensen tot die hartelijke God te brengen, wat ook onze opdracht is door ons doopsel.
Ons doopsel betekent dan ook veel meer dan ‘bevrijding van de zonde’ of ‘opgenomen worden in de gemeenschap van de kerk’.
Het betekent dat wij ook vandaag horen: ‘Jij bent mijn veel geliefde dochter, jij bent mijn veel geliefde zoon’.
In het boekje dat onze bisschop Lode ons aanreikt ‘Leven vanuit de doop’ lezen wij hoe de Nederlandse priester Henri Nouwen schrijft aan Fred Bratman,
een zoekende journalist:
“Alles wat ik jou wil zeggen, Fred, komt eigenlijk neer op dit ene: ‘Jij bent de geliefde’. Ik zou graag willen dat deze woorden jou persoonlijk aanspreken en dat je de kracht en de tederheid van die woorden tot je laat doordringen.”
In een tijd waarbij, onder het mom van vrije meningsuiting, mensen als haatpredikers anderen afschilderen als waardeloos, volstrekt overbodig, lelijk, profiteurs, … klinkt hier een zachte, vriendelijke stem die zegt: jij bent mijn geliefde, in jou heb ik mijn welbehagen.
Van daar uit worden wij door ons doopsel gedreven om de hartelijkheid van God te tonen, met woord en daad. Een God die aanmoedigt en vreugde brengt, zoals daarnet aangegeven, met een vuur dat niet vernietigt, maar innerlijke bezieling brengt.
In die gedachte willen wij echt telkens opnieuw gedoopt worden en kunnen wij, los van de geschiedenis en de soms moeilijk te doordringen misstappen van een kerk, getuigen van ons doopsel: : het kleinste, meest gewone gebaar dat wij morgen, overmorgen zullen stellen draagt een buitengewone, grote kracht in zich, doordenkt met Gods liefde die ons zegt: ik zie u graag.
Laten we samen de tafel dekken!
Offerandelied: ♫ 106 Brood op tafel
Brood op tafel, een hand gevuld,
met wat in het leven geen uitstel duldt.
Eten en drinken, iedere dag,
gewoon wat een mens niet ontbreken mag.
Beker met wijn, een vreugdedrank
voor armen en kleinen, voor zwart en blank.
Broederschap drinken met iedereen
want wie houdt het uit moederziel alleen?
Woorden horen, een man die sprak
en zich in zijn leven tot voedsel brak.
Kom om te eten, drink van de wijn,
laat dit een bewijs van mijn liefde zijn.
Communiegebed: 219
Lied: ♫ 167 Al wie dolend in het donker
Al wie dolend in het donker, in de stilte van de nacht,
en verlangend naar een wonder, op de nieuwe morgen wacht:
vrijheid wordt van u verkondigd door een Koning zonder macht.
Onze lasten zal Hij dragen, onze onmacht tot der dood,
geeft als antwoord op ons vragen ons zichzelf als levensbrood:
nieuwe vrede zal er dagen, liefde straalt als morgenrood.
Tot de groten zal Hij spreken, even weerloos als een lam,
het geknakte riet niet breken, Hij bewaakt de kleine vlam:
hoort en ziet het levend teken van een God die tot ons kwam.
Dor en droog geworden aarde die om dauw en regen vraagt,
dode mens de snakt naar adem, wereld die om toekomst vraagt:
zie mijn Zoon, de nieuwe Adam, die mijn welbehagen draagt.
Bezinning: Gelukkig Nieuwjaar – Jij bent mijn allerliefste
Beste Effata vrienden,
Bij het begin van dit nieuwe jaar willen wij elkaar
het beste wensen, en dit voor alle mensen.
In de plooi van deze brief zit een pleidooi,
een pleidooi om te verbroederen,
een pleidooi tegen het verloederen.
Hoe doen we dat?
Hoe begint dat?
Heel simpel, niet met een reis naar verre oorden,
niet met grote woorden,
maar met heel kleine daden,
heel simpel, niet overladen.
Een gemeende goedendag,
met een traan of met een lach.
Wat ook mag is een mooie wens
voor ieder mens, een medemens.
Het verzet tegen verloederen
begint met stilletjes te verbroederen.
Doe je mee?
Bij een kopje koffie of wat thee?
Met of zonder veel versiering,
en het kan al na de viering!
Zo kunnen we dit nieuwe jaar …
wat meer geschenk zijn voor elkaar!
Je allerliefste Effata vriend!
8 januari 2022