Heilige Drie-eenheid C - 11/06/2022
Openingsgebed
God, Jij, Bron van alle leven,
Jij, die als een Vader, als een Moeder van ons houdt,
wees er, hier in ons midden
nu wij brood delen
en elkaar ontmoeten
in Jouw Naam:
Vader, Zoon en heilige Geest.
Amen.
Inleiding (Ludwin)
Het openingsgebed dat we daarnet tezamen hebben gebeden eindigt met de formule ‘In de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest’. Onze God waar christenen zich toe bekennen is een Drie-ene God. Eén God en drie persona: het beeld komt uit de Griekse theaterwereld waar eenzelfde acteur drie persona (maskers) opzette om verschillende personen uit te beelden. Bijna alle Kerkvaders (Clemens van Alexandrië, Gregor van Nysanz, Tertuliaan, Augustinus, Origines) uit de vroege Kerk hebben meegeschreven en meegedacht om de leer van de Drievuldigheid op punt te krijgen. De Drie-Ene God was het DNA van het jonge christendom, het was belangrijk dat goed te kunnen formuleren en uitleggen. Maar laten we nu eerst luisteren naar wat de lezing van vandaag uit het Johannesevangelie ons te vertellen heeft.
Lezing: Johannes 16, 12-15 (NBV21)
Ik heb jullie nog veel meer te zeggen, maar jullie kunnen het nog niet verdragen. De Geest van de waarheid zal jullie, wanneer Hij komt, de weg wijzen naar de volle waarheid. Hij zal niet namens zichzelf spreken, maar Hij zal zeggen wat Hij hoort en jullie bekendmaken wat komen gaat. Door jullie bekend te maken wat Hij van Mij heeft, zal Hij Mij eren. Alles wat van de Vader is, is van Mij – daarom heb Ik gezegd dat Hij alles wat Hij jullie bekend zal maken, van Mij heeft.
Homilie (Ludwin)
Heb je de glasramen van een kathedraal al eens bewonderd ? Bekijk ze van buiten, en je ziet niets dan grijs en zwart. Ga de kathedraal binnen en je wordt verrast door een wonderbaarlijke kleurenpracht. Zo gaat het ook met het mysterie van de Drie-eenheid. Het gevaar is niet ondenkbeeldig dat wij een koude abstractie maken van wat het bezielend brandpunt is van ons leven als christen. Om ons bestaan door dit mysterie te laten verlichten moeten wij het benaderen vanuit Jezus zelf.
Laten we eerst even terug blikken naar de geschiedenis van het oude godsvolk. God kreeg er verschillende namen. De ‘God van Abraham’’, ‘Elohim : God der goden’, ‘Jahweh’, ‘Ik ben die ben’ ,‘Bevrijder’, ‘machtige arm’. Men gebruikte ook verschillende beelden om zich God voor te stellen. Nu eens was Hij een leidsman, een Herder, een beschermer, een veilige burcht. Of ook nog een ouder die als een adelaar op zijn vleugels zijn jongen meeneemt en opgooit in de lucht opdat ze leren vliegen op eigen kracht. Israël leerde zijn God vooral kennen tijdens het verblijf in het slavenhuis van Egypte, ze leerden Hem kennen als een bevrijdende God, die hen wegleidt uit het slavenhuis en gidst naar een beloftevolle toekomst.
Ondanks al deze Namen en al deze beelden wachtte Israël er zich voor om God op te sluiten in een naam. God kunnen we niet opeisen alleen voor onszelf, hij is altijd weer groter en anders (dan we dachten). Het absolute beeldverbod in het Jodendom gebeurde om dezelfde redenen.
Er bestaat niet één beeld van God. Ook voor onszelf niet, ook wij hanteren verschillende beelden en voorstellingen van God. Die beelden zijn mede gekleurd door de situaties en omstandigheden die we in ons leven meemaken.
Voor wie gelooft in een persoonlijke God, speelt Hij een rol in de goede en de kwade dagen, in ziekte en gezondheid, in rijkdom en in armoede, telkens wanneer we op deze levensterreinen op levensvragen stoten. Wij roepen Hem ter verantwoording: waarom moet juist mij dit overkomen, Hoe kon Hij dit toelaten. Vaak kunnen we gebeurtenissen met zijn almacht en goedheid niet rijmen. Wij smeken Hem in onze nood om hulp: Gij zijt toch een liefdevolle God! Soms wijzen we God af: zoals Gij nu doet wil ik U niet meer kennen! Soms voelen wij ons geroepen Hem te danken: dank U wel dat alles al bij al nog goed is afgelopen, ik heb niet vergeefs tot U gebeden!
Wij zijn zo klein zo broos op deze aarde, wanneer we van hieruit de eindeloos verre sterren bekijken. Maar op zekere dag kwam er iemand die nieuwe perspectieven opende voor de mensen. Zijn tussenkomst had de zachte kracht van een dagend ochtendlicht, zijn woorden de stuwkracht om mensen terug overeind te helpen. Hij bracht weer hoop waar alle hoop verdwenen was. Nochtans trok Hij de energie der Liefde die Hij liet ontluiken niet naar zichzelf. Hij richtte ze steeds naar Hem die Hij zijn Vader noemde. Het bleek dat Hij aan deze bron zijn bestaan te danken had. Zij die met Hem leefden en zijn woord beluisterden, konden zijn woord niet onmiddellijk ten volle in zich opnemen. Wanneer Hij uit het gezicht verdween van hen die Hij liefhad als geen ander, ondervonden zij dat Hij hen niet had achtergelaten. Een kracht in hen, zijn Geest, leidde hen tot de volle waarheid omtrent Degene wiens levenslot zij enige tijd hadden mogen delen.
Samenvattend kunnen we zeggen dat ons geloof zich afspeelt tussen drie hoofdlijnen, drie beelden, drie Namen ook:
- De Vader: schepper van hemel en aarde, oorsprong van al wat leeft; een Vader die over ons waakt, bij wie we ons geborgen en veilig mogen weten, die ons vergeeft en weer heel maakt.
- De Zoon: Gods Woord die onder ons heeft gewoond, die menselijke gestalte heeft aangenomen; in wie Gods menslievendheid is verschenen, een rechtvaardige, die zoals Hij zei: weg, waarheid en leven is, een gids voor het leven. Een spiegel voor de mens die we willen en zouden kunnen zijn.
- De Geest: vuur van het begin, wind die ons aanblaast, ons begeestert, dynamische kracht, die ons uittilt boven onze zwakheid en angst, die ons in herinnering brengt al wat Jezus ons heeft toe vertrouwd.
Tussen deze drie hoofdlijnen, drie Namen bewegen onze godsbeelden.
Eén God in drie personen zo vatten de Kerkvaders onze beelden een paar eeuwen later samen. Een zegswijze die samen spoort met onze ervaringen in de omgang met God en het verstaan van de Schriften.
Het feest van de Heilige Drievuldigheid volgt na Kerstmis, Pasen en Pinksteren. Als we van harte alles hebben gevierd wat de Schrift ons vertelt over het handelen van God-Vader, Jezus Christus en de Heilige Geest, volgt er nog een zondag om stil te staan bij ’t geheim van de levende God, die niet te vangen is in één beeld en ook niet in hoeveel beelden en namen ook. Een God die even ondoorgrondelijk als ons nabij is in al ons lief en leed. MOGE HET ONS GEGEVEN ZIJN OM VANDAAG OF MORGEN EEN GLIMP VAN HEM TE ZIEN EN DAT HIJ DEZE VIERING MAAKT TOT EEN TEKEN VAN ZIJN LIEFDE VOOR ONS ALLEN:
In de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest, AMEN.
Bezinning (naar Manu Verhulst)
Een meikever, verkleumd en koud,
komt onder de adem van een kind
weer tot beweging …
Destijds, heel lang geleden,
– zo gaat het aloude verhaal –
zei God:
“Kom, ik blaas je mijn levensgeest in de neus.”
En die levenwekkende geest-adem
bracht leven in de vormeloze chaos.
En wij, verkleumd en moedeloos,
zijn telkens weer op weg gegaan.
Bewogen door Zijn geest-adem,
durven wij de vrijheid in,
de onbepaalde verte,
de ongevulde diepte,
met alleen zijn beeld en zijn gelijkenis
als herinnering.
Bij Jezus is het zoveel meer
dan slechts een herinnering.
Hij is weerspiegeling van God
en wordt bewogen door zijn Geest-Adem.
“Kom, zegt Hij, Ik ben de weg;
in mijn woord komt God jou tegemoet;
in Mij komt de verborgen God jou nabij,
de verre God wordt vriend en lotgenoot.”
Wij mensen, verkleumd en koud
in een veel te zakelijke wereld
komen onder Gods Geest-Adem weer tot leven.
Wij worden,
in een moedig spelen met de vrijheid,
Gods verhaal.
Gedragen door het geloof
dat God de ene is
die ons tot vrijheid be-Geestert en be-Ademt
en ons in Jezus een weg wijst
als van mens tot mens …
Een wonder van Drievuldigheid.