3 paaszondag A  -  'Blijf bij ons'  (22/04/2023)

Openingsgebed

God, Jij, Bron van alle leven,
Jij, die als een Vader, als een Moeder van ons houdt,
wees er, hier in ons midden,
nu wij brood en wijn delen en elkaar ontmoeten in Jouw Naam:
Vader, Zoon en heilige Geest. Amen.

Lied:  ♫  6 De kracht

Inleiding:  (Frans)

Vorige woensdag hadden we leerhuis met Luc over het evangelie van vandaag. Het was een deugddoende ervaring. Dank aan alle deelnemers voor de bijkomende aandachtspunten die mij geholpen hebben om beter te begrijpen wat de evangelist ons wil meegeven.

Lucas vertelt ons een mooi verhaal. Het is wel een doordenkertje.
Hij schreef dat zo’n 50 jaar na de dood van Jezus. Hij schreef vooral voor christenen van niet-joodse afkomst. Hij wil hen - en ons - iets duidelijk maken over wat geloof kan betekenen, hoe het kan groeien.

Voor Lucas was Jeruzalem de plaats waar je moest zijn. Daar gebeuren alle  belangrijke dingen. Daar is er leven, dood én verrijzenis.

Voor hem is Jeruzalem verlaten hetzelfde als de verkeerde kant opgaan, op weg naar miserie.

En raar genoeg – of eigenlijk juist niet – begint het verhaal van de Emmaüs gangers met hun vertrek uit Jeruzalem. Hun droom van Jezus als bevrijder van Israël is stuk geslagen. Jezus werd door de religieuze leiders als te gevaarlijk beschouwd en heeft zijn optreden moeten bekopen met de dood ; en wat voor een: een schandelijke kruisdood.

Maar onderweg naar hun oude huis, een goede 11 km verder (60 stadiën zegt de tekst) gebeurt er iets speciaals. Ze beleven hun eigen verrijzenis verhaal …

Luisteren we naar wat Lucas vertelt.

Lezing: Lucas 24, 13–35  (NBV21)

Diezelfde dag gingen twee van de leerlingen op weg naar Emmaüs, een dorp dat zestig stadie van Jeruzalem verwijderd ligt. Ze spraken met elkaar over alles wat er was voorgevallen. Terwijl ze zo met elkaar in gesprek waren, kwam Jezus zelf naar hen toe en liep met hen mee, maar hun blik werd vertroebeld, zodat ze Hem niet herkenden. Hij vroeg hun: ‘Waar lopen jullie toch over te praten?’ Daarop bleven ze somber gestemd staan. Een van hen, die Kleopas heette, antwoordde: ‘Bent U dan de enige vreemdeling in Jeruzalem die niet weet wat daar deze dagen gebeurd is?’ Jezus vroeg hun: ‘Wat dan?’ Ze antwoordden: ‘Wat er gebeurd is met Jezus van Nazaret, een machtig profeet in woord en daad in de ogen van God en van het hele volk. Onze hogepriesters en leiders hebben Hem ter dood laten veroordelen en laten kruisigen. Wij leefden in de hoop dat Hij degene was die Israël zou bevrijden, maar inmiddels is het de derde dag sinds dit alles gebeurd is. Bovendien hebben enkele vrouwen uit ons midden ons in verwarring gebracht. Toen ze vanmorgen vroeg naar het graf gingen, vonden ze zijn lichaam daar niet en ze kwamen vertellen dat er engelen aan hen waren verschenen, die zeiden dat Hij leeft. Een paar van ons zijn toen ook naar het graf gegaan en troffen het aan zoals de vrouwen hadden gezegd, maar Jezus zagen ze niet.’ Toen zei Hij tegen hen: ‘Hebben jullie dan zo weinig verstand en zijn jullie zo traag van begrip dat jullie niet geloven in alles wat de profeten gezegd hebben? Moest de messias al dat lijden niet ondergaan om zijn glorie binnen te gaan?’ Daarna verklaarde Hij hun wat er in al de Schriften over Hem geschreven stond, en Hij begon bij Mozes en de Profeten.
Ze naderden het dorp waarheen ze op weg waren. Jezus deed alsof Hij verder wilde reizen. Maar ze drongen er sterk bij Hem op aan om dat niet te doen en zeiden: ‘Blijf bij ons, want het is bijna avond en de dag loopt ten einde.’ Hij ging met hen mee en bleef bij hen. Toen Hij met hen aanlag voor de maaltijd, nam Hij het brood, sprak het zegengebed uit, brak het en gaf het hun. Nu werden hun ogen geopend en herkenden ze Hem. Maar Hij werd onttrokken aan hun blik. Daarop zeiden ze tegen elkaar: ‘Brandde ons hart niet toen Hij onderweg met ons sprak en de Schriften voor ons ontsloot?’ Ze stonden op en gingen meteen terug naar Jeruzalem, waar ze de elf en de anderen aantroffen, die tegen hen zeiden: ‘De Heer is werkelijk uit de dood opgewekt en Hij is aan Simon verschenen!’ De twee leerlingen vertelden wat er onderweg gebeurd was en hoe Hij zich aan hen kenbaar had gemaakt door het breken van het brood.

Deelmoment:  (Frans)

De twee leerlingen zaten duidelijk vast in wat er gebeurd was.
Misschien herken je hun gevoelens. Denk maar aan momenten waarop je erg door iets geraakt werd (een overlijden, een ernstige ziekte, een zware ruzie, …). Op dat moment begrijp je soms niet hoe het kon gebeuren. Het is zo anders dan je verwachtte. Er is een opbod van gevoelens: ontgoocheling, verdriet, kwaadheid, machteloosheid, enz. Het lijkt alsof je rondjes draait en telkens weer hetzelfde beleeft en herhaalt, … terwijl het leven voor de anderen gewoon lijkt door te gaan.

De leerlingen zijn onderweg. Er sluit zich iemand bij hen aan.
Wij weten dat het Jezus was die hen bewust opzocht, maar zij zijn zo bezig met zichzelf dat ze Hem niet herkennen.

Jezus zegt er niks van, hij gaat gewoon met hen mee, waar ze ook naartoe gaan … Zo wil Hij ook met ons meegaan, mee op onze weg.

Hij stelt hen vragen, geeft hen de kans om te vertellen wat hen zo bezig houdt, waarom ze zo van slag zijn. … Iemand die je ernstig neemt, die je beluistert, het is zo deugddoend, creëert verbondenheid.

Als ze alles vertelt hebben, reageert Jezus.
Het klinkt vrij hard “Hebben jullie zo weinig verstand en zijn jullie zo traag van begrip dat jullie niet geloven in alles wat de profeten gezegd hebben?”
Het zal wel een schok geweest zijn. Soms hebben we dat nodig, om uit een cirkelredenering te geraken.

Maar Jezus laat het niet bij wat overkomt als een verwijt. Neen, Hij speelt in op wat hen is overkomen en vertelt over zijn eigen geloof in de oneindige Liefde van God, die doorheen de ganse heilsgeschiedenis van het joodse volk zijn naam Ik-zal-er-zijn gestand doet. Ze komen in lastige momenten, soms lijken de zaken hopeloos, maar ook dan blijft God nabij, wil Hij helpen, zegt hij “alles komt goed, blijf erin geloven”.
En ja, ook Jezus “moest” lijden omdat het onvermijdelijk was als je opkomt voor het goede, voor de mensen en je daarbij op de lange tenen van de machthebbers trapt. Maar ook dan kwam het met Jezus goed, want hij is “opgewekt”, verrezen.
Wat Jezus vertelde, hij hoe inspeelde op wat zij hadden meegemaakt, bracht verbondenheid, een omvorming op gang. Toen ze aan hun dorp kwamen, het werd al avond, vroegen ze om bij hen te blijven.
Niet zomaar als een beleefdheidsformule, maar gemeend, zoals Lucas vertelt: “Ze drongen aan … Blijf bij ons!
Het bood de kans om samen met Jezus de maaltijd te vieren, Hem te herkennen toen hij brood nam, het zegengebed uitsprak, het brood brak en deelde ...
En toen zagen ze Hem terug niet meer … en toch was Hij er nog, binnenin, in hun hart dat “brandde”.

En plots hadden ze weer levensvreugde, zagen ze het weer zitten. Ze waren er zo vol van dat ze terug naar Jeruzalem gingen – voor Lucas het bewijs dat ze de weg hadden terug gevonden – om het goede nieuws te vertellen aan de apostelen en de andere leerlingen.

Ook de leerlingen, Kleopas en de andere waarvan we de naam niet kennen - maar misschien is dat wel jouw naam – waren terug “opgewekt”, als het ware verrezen.
De feiten bleven wat ze waren, maar zij keken er op een andere manier naartoe. Ze hadden hun geloof teruggevonden, ze hadden weer hoop.

Zoals zo dikwijls leeft Jezus ons ook hier voor wat belangrijk is in de omgang me anderen, met mensen die het moeilijk hebben.
Zaken die ook wij kunnen doen:

  • meegaan op hun pad, betrokken aanwezig zijn,
  • luisteren, actief luisteren naar wat hen ten diepste bezig houdt,
  • spreken om te helpen, zaken in perspectief te zetten,
  • getuigen waarin/in wie wij geloven en wat/wie ons hoop geeft
  • werken aan verbondenheid
  • proberen om mekaar graag te zien

En dekken we nu de tafel om te breken en te delen, en te gedenken wat Jezus ons heeft voorgedaan.

Offerandelied:  ♫  59 Geproefd, geleefd, herkend

Tafelgebed:  ♫  199 Tafelgebed in de paastijd II

Communielied:  ♫  19 Het ied van vandaag en morgen

Bezinning:  Pasen

(Uit: Intercity bestemming Pasen: een reisgids voor de Goede Week
Nynke Dijkstra, Age Kramer, Dio van Maaren, uitgeverij: Sync. Creatieve Producties, 2006)

Want als Hij is opgestaan vannacht
Dan ook onze moed
Om te doen zoals Hij

Want als Hij is opgestaan in deze vroege ochtend
Dan ook onze wil
Hem te volgen

Want als Hij is opgestaan
Dan ook ons geloof
Dat het donker niet het laatste woord spreekt

Als er iets nieuws is deze dag
Is het onze liefde
Geboren uit Hem
En bestemd voor de wereld

Want als er iets is opgestaan
Is het ons eigen antwoord op:
'Heb je me lief?'