30 zondag door het jaar B  -  'Zien en gezien worden'  (26/10/2024)

Inleiding  (Frans)

Omgangsregels zijn van alle tijden. Het zijn dikwijls ongeschreven regels.
Ze bouwen voort op een mens- en maatschappijbeeld. Ze zijn dus niet neutraal en kunnen daardoor mensen in de problemen brengen.
We zijn ons dikwijls niet bewust van de – negatieve – effecten die ze voor sommigen hebben.  

Zo ook in Jezus tijd. Blinden waren uitgestotenen. Zijzelf of hun ouders hadden zeker iets verkeerd gedaan, waarvoor ze nu gestraft worden. Het zal je maar overkomen. Gelukkig zien wij dat nu niet meer zo. En toch is ook nu nog de situatie voor mensen met een of andere vorm van beperking nog dikwijls niet echt goed.

Vandaag vertelt Marcus ons wat er kan gebeuren wanneer er buiten de gangbare regels gekleurd wordt: een blinde bedelaar én Jezus ontmoeten elkaar.
Er gebeurt iets wat onmogelijk lijkt: een nieuw begin!

Luisteren we naar het verhaal volgens Marcus.

Lezing:  Marcus 10, 46-52  (NBV21)

Ze kwamen in Jericho. Toen Hij met zijn leerlingen en gevolgd door een grote menigte weer uit Jericho vertrok, zat daar een blinde bedelaar langs de weg; het was Bartimeüs, de zoon van Timeüs. Toen hij hoorde dat Jezus van Nazaret voorbijkwam, begon hij luidkeels te roepen: ‘Zoon van David, Jezus, heb medelijden met mij!’ De omstanders berispten hem en zeiden dat hij zijn mond moest houden, maar hij schreeuwde des te harder: ‘Zoon van David, heb medelijden met mij!’ Jezus bleef staan en zei: ‘Roep hem.’ Ze riepen de blinde en zeiden tegen hem: ‘Houd moed, sta op, Hij roept u.’ Hij gooide zijn mantel af, sprong op en ging naar Jezus.Jezus vroeg hem: ‘Wat wilt u dat Ik voor u doe?’ De blinde antwoordde: ‘Rabboeni, zorg dat ik kan zien.’ Jezus zei tegen hem: ‘Ga heen, uw geloof heeft u gered.’ En meteen kon hij zien en hij volgde Hem op zijn weg.

Deelmoment  (Frans)

“Wat wil je dat ik voor je doe?”
“Rabboeni, zorg dat ik kan zien”

De blinde Bartimeus roept zelf naar Jezus.
Hij wil los uit zijn moeilijke situatie, uit zijn sociaal isolement, uit zijn onzekere situatie waarbij hij afhankelijk is van aalmoezen.
Hij heeft Jezus nog niet gezien, letterlijk toch niet, maar hij heeft wel in-ge-zien wie Jezus is,
wat hem drijft: … zijn onvoorwaardelijke liefde voor de mensen én zijn drang om te helpen.

Het is niet zomaar een genezingsverhaal.
Marcus laat ons terug Jezus beter kennen, hem beter begrijpen.

Jezus hoort dat de blinde Bartimeus hem roept, om hulp vraagt.
Jezus HOORT, maar vooral ZIET hem.
Het is niet zomaar een blinde bedelaar.
Het is iemand, hij heeft een naam, hij is iemands zoon.
Jezus hoort, ziet én DOET daar iets mee!

Een blinde bedelaar mocht zich niet roeren en zeker een rabbi niet zomaar aanspreken, “lastig vallen”.

Jezus gaat daar tegen in. Hij toont metterdaad dat het goed is om op te komen voor mensen die door de maatschappij uitgestoten, uitgesloten zijn. Het gaat om mensen, mensen met een naam, mensen die de moeite waard zijn, recht van bestaan en recht op waardering en hulp hebben. Ook als de goedgemeente vindt van niet.

Bartimeus wil GEZIEN worden, wil terug volop kunnen leven.
Jezus ZIET hem. Die ontmoeting zorgt voor een nieuw begin.
Letterlijk, hij is niet langer blind.
Maar vooral: hij hoort er terug bij, hij heeft terug een toekomst.
En hij volgde Jezus op zijn weg.

Een hoopvolle, een vreugdevolle gebeurtenis.
Jezus nodigt ook ons vandaag uit om zijn voorbeeld te volgen,
om hoop en vreugde uit te stralen, uit te dragen.
Om mensen op onze weg te ZIEN, vragen wat zij nodig hebben en doen wat we kunnen om te helpen.

Het doet mij denken aan mijn ouders, kajotters in hart en nieren.
Zij lieten zich inspireren door kardinaal Cardijn en zijn leuze: “zien, oordelen, handelen.”
Ze baden elke dag op hun kamer samen het kajottersgebed.

Ook vandaag worden we nog steeds opgeroepen om:

  • Op een positieve in het leven te staan.
  • Vreugde te ervaren om de kleine goedheid die we op onze weg tegen komen, voor de inzet van zoveel mensen die in de luwte werken.
  • Met Gods droom als leidraad, opmerkzaam te zijn, zoeken wie hulp nodig heeft, wat fout zit en wat we als individu of als groep kunnen doen om daar verbetering in te brengen.
  • Ons te laten raken, boosheid om wat onrechtvaardig aanvoelt om te zetten in opbouwende actie
  • In actie te komen, met je hart én je verstand … niet vanuit een loutere opwelling … maar ook geen uitstelgedrag: alle beetjes helpen!

Dat vraagt Jezus ons ook vandaag nog altijd om te doen:
KIJK om je heen en ZIE wie er niet, niet meer of nog niet (ten volle) bij hoort, en DOE wat je kan om verandering ten goede te brengen.

Laten we er concreet mee beginnen, in onze kleine kring, in onze Effata-gemeenschap, … Doe je mee?

Dekken we dan nu de tafel om de vreugde te voelen van het samen breken en te delen.

Bezinning:  Naar het kajottersgebed

Heer, ik bied u heel deze dag aan,
mijn werk, mijn strijd,
mijn vreugde en moeilijkheden.

Leer mij Heer,
door u denken, met u werken, in u leven.
Leer mij vandaag u meer te beminnen
en u doorheen heel mijn leven te dienen.

Ik vraag dat ook
voor alle mensen om mij heen,
op het werk, in het verenigingsleven,
in de gemeenschap, thuis.
Ik vraag u dat ook voor alle mensen,
wees midden onder ons.
Wees vooral de mensen nabij
die het vandaag speciaal moeilijk hebben.
Laat hen bevestigd blijven in uw liefde.

Zegen alle mensen over gans de wereld.
Geef ons inzicht en kracht
om vandaag en gans ons leven te werken
aan uw rijk van liefde,
rechtvaardigheid en ware vrede
voor alle mensen.