3 zondag door het jaar B - 'Hem achterna' (23/01/2021)
Welkom (Chrisje)
Goede avond allemaal!
Het kernteam is nog aan het nagenieten van de hartelijke ontmoeting gisteren met onze bisschop Lode. Wat we onthouden is zijn boodschap “Blijf vooral jezelf”.
Blij dat terug heel wat mensen gemotiveerd zijn om via Zoom verbondenheid te zoeken met God en met elkaar. Covid-19 en de beperkingen die de pandemie met zich meebrengen dwingen ons om – minstens tijdelijk - onze gewoonten te veranderen. De oprukkende besmettelijker varianten van het virus schudden ons terug wakker. Gelukkig helpt de vaccinatie-campagne om de hoop op betere tijden levendig te houden.
Hoop én geloof brengt ons ook vandaag weer samen.
Laten we de kaarsen aansteken als teken van God in ons midden, onze verbondenheid met Hem maar ook met alle mensen die er vandaag niet kunnen bij zijn.
Nu de paaskaars brandt, bidden we samen …
Openingsgebed
God, Jij die al wat is, geschapen hebt en leidt, Jij die door ons genoemd mag worden: Vader,
aan Jou dragen wij in eerbied dit samenzijn op.
Het zijn bijzondere tijden die ons verhinderen om samen te vieren, maar zoals Jezus zei:
“Waar twee of drie in mijn naam samen zijn, daar ben ik hun midden.”
Daardoor voelen wij ons wel verbonden met Jou en met elkaar.
Jij die voor ons bent: Vader, Zoon en heilige Geest. Amen.
Inleiding (Frans)
Marcus begint zijn evangelie met wat essentieel is:
… het gaat om Jezus Christus, de Zoon van God,
… de blijde boodschap die Hij brengt en de uitnodiging om Hem achterna te gaan.
Wanneer we Gods stem horen, komen vragen boven, gaan we – hopelijk – nadenken over wat essentieel, echt belangrijk is in het leven. Worden we uitgenodigd om buiten onze comfortzone te treden en te kiezen, opnieuw te kiezen hoe we verder door het leven willen gaan.
Na zijn doopsel had Jezus zich een tijdje teruggetrokken in de woestijn. Ondertussen was Johannes de Doper gevangen genomen. Dat voorspelde niet veel goeds. En toch gaat Jezus aan de slag. Hij trekt daarvoor naar Galilea.
Luisteren we naar wat Marcus daarover schrijft ...
Lezing: Marcus 1, 14 - 20 (NBV)
Nadat Johannes gevangen was genomen, ging Jezus naar Galilea, waar hij Gods goede nieuws verkondigde.
Dit was wat hij zei: ‘De tijd is aangebroken, het koninkrijk van God is nabij: kom tot inkeer en hecht geloof aan dit goede nieuws.’
Toen Jezus langs het Meer van Galilea liep, zag hij Simon en Andreas, de broer van Simon, die hun netten uitwierpen in het meer; het waren vissers.
Jezus zei tegen hen: ‘Kom, volg mij! Ik zal van jullie vissers van mensen maken.’
Meteen lieten ze hun netten achter en volgden hem.
Iets verderop zag hij Jakobus, de zoon van Zebedeüs, en zijn broer Johannes, die in hun boot bezig waren met het herstellen van de netten, en direct riep hij hen.
Ze lieten hun vader Zebedeüs met de dagloners achter in de boot en volgden hem.
Deelmoment (Frans)
Wat wil Marcus ons zeggen met dit verhaal van de roeping van de eerste leerlingen?
Hij legt andere accenten dan we vorige week bij Johannes hoorden. Daar nemen mensen die Jezus gehoord hadden het initiatief om Hem te volgen en anderen over te halen hetzelfde te doen.
Bij Marcus neemt Jezus zelf het initiatief. We spreken over de “roeping van de leerlingen”. Wat mij daarbij opvalt is:
- Jezus neemt het initiatief, niet de leerlingen.
God zoekt ons, Hij roept ons. Hij wil in relatie treden met ons. - Wij hebben een keuze te maken, een antwoord te geven.
We kunnen ja zeggen, maar ook neen zeggen. God dwingt niet. Soms klikt het onmiddellijk, kunnen we onvoorwaardelijk ja zeggen.
Soms hebben we meer tijd nodig en blijft God aan onze deur kloppen, hopend dat we open zullen doen. - God ziet potentieel in ieder van ons. Hij aanvaardt ons, gelooft in ons!
Voor ons is dat dikwijls moeilijk te geloven. Wij beoordelen anderen dikwijls op hun verleden, op wat we zien of vooronderstellen.
We beoordelen ook onszelf dikwijls ifv onze verwachtingen, onze ervaring, de reacties die we van anderen krijgen, enz.
Maar God gebruikt andere maatstaven, Hij kiest op een ander niveau. Zoals Jesaja zegt: “Mijn plannen zijn niet jullie plannen, en jullie wegen zijn niet mijn wegen – spreekt de HEER. Want zo hoog als de hemel is boven de aarde, zo ver gaan mijn wegen jullie wegen te boven, en mijn plannen jullie plannen.” (Jesaja, 55, 8-9, NBV)
De evangelielezing roept ons op om van onze moderne jaagtrein te stappen, ons leven volledig om te gooien en een nieuw doel, een nieuw ijkpunt te kiezen: Jezus voorbeeld volgen en ons richten op, inzetten voor het rijk van God op aarde … nu, hier, in onze tijd … waar ons dat ook brengt!
Jezus spreekt ook ons aan met onze naam. Hij stelt geen voorwaarden. Hij neemt ons zoals we zijn. Hij vraagt ook vandaag nog: “kom en volg mij”.
Alsof Hij zegt: leef op een positieve manier, help de mensen als ze je nodig hebben, zorg dat iedereen erbij hoort. Jezus eist niet dat we daar altijd in slagen, wel dat we dat proberen, en – telkens als nodig – opnieuw proberen.
De eerste leerlingen laten zich raken, laten Jezus binnen in hun hart en reageren daarop met een volmondig “ja”. Plots is hun hele leven veranderd. Ze breken met wat ze aan het doen zijn. Ze laten hun zekerheden achter. Ze stellen zich open voor wat komen zal. Vanuit vertrouwen, vanuit geloof.
Ook wij moeten enkel “ja” zeggen, én dat “ja” ook actief beleven, ernaar handelen.
Het is niet zozeer een intellectueel gebeuren, het is vooral een keuze van het hart, het kiezen voor een relatie met Jezus, met God.
Het is, met geheel ons zijn in gang schieten en in Jezus’ voetspoor op weg gaan, kome wat komt, want Hij gaat met ons mee
En af en toe zullen we opnieuw moeten kiezen om Jezus te volgen, om ons “ja” te bevestigen. Zoals ook Jezus bij moeilijke momenten telkens opnieuw voor God gekozen heeft.
Wat kunnen we dan concreet doen?
- Ons christen zijn beleven door de verscheidenheid van mensen te aanvaarden, te omarmen. We zien er niet allemaal hetzelfde uit. We denken niet allemaal hetzelfde, ook niet als we gelovig zijn. Gelukkig maar! Ieder is uniek. Ieder is waardevol. Ieder is belangrijk, de moeite waard. Ieder is een kind van God.
- Vertrekken vanuit de vraag “wat kan ik voor je doen” en zo de mensen op onze weg helpen om er (terug) ten volle bij te horen.
Laten we ons de komende week speciaal laten leiden door Jezus uitnodiging om “zorgdragers voor mensen” te zijn, elk in onze eigen omgeving.
Een hele uitdaging. Maar gelukkig weten we dat we nooit alleen op weg zijn, Jezus gaat de ganse tijd met ons mee op onze weg, ook als het moeilijk is.
“We lopen nooit alleen!”
Lied: ♫ 88 You’ll never walk alone → https://www.youtube.com/watch?v=6gpoJNv5dlQ
When you walk through a storm
Hold your head up high
And don't be afraid of the dark
At the end of the storm
There's a golden sky
And the sweet silver song of a lark
Walk on through the wind
Walk on through the rain
Though your dreams
be tossed and blown
Walk on, walk on
With hope in your heart
And you'll never walk alone
You'll never walk alone
Walk on, walk on
With hope in your heart
And you'll never walk alone
You'll never walk alone
Als je loopt door een storm
Hou je hoofd omhoog
En wees niet bang van het donker
Want aan het einde van de storm
Is een gouden lucht
En het zoete zilveren liedje van de leeuwerik
Loop door, door de wind
Loop door, door de regen
Ondanks dat er met je dromen
gegooid wordt, en weggeblazen.
Loop door, loop door
Met hoop, in je hart
En je zult nooit alleen lopen
Je zult nooit alleen lopen
Loop door, loop door
Met hoop in jullie harten
En je zult nooit alleen lopen
Nooit alleen lopen
Voorbeden: ♫ 123 Roep onze namen
Roep onze namen, dat wij U horen, dat wij weer ademen, dat wij u leven.
Vredeswens
Wensen wij elkaar die vrede toe, dichtbij of van op afstand.
Lied: ♫ 35 Hevenu shalom alechem
Hevenu shalom alechem - Ik wens je vrede van God
Lied: ♫ 100 Zo lief als God (Schola Cantorum Gent)
Mens voor de mensen zijn, herder als God, trooster voor groot en klein, zo lief als God.
God roept zijn mensen, Hij roept ze bij naam, opdat zij toegewijd zijn wegen gaan.
Mens voor de mensen zijn, herder als God, trooster voor groot en klein, zo lief als God.
Bezinning: ‘Kijk eens om je heen …’
Kijk eens om je heen, wees eens stil en luister, de wereld komt op je af,
loop eens langs de oever van het leven.
Mensen, - grote, kleine mensen - zij roepen, zij hebben je nodig.
Het is een kind, dat roept om de zorg van een vader en een moeder,
het is de patiënt, die vraagt om troost in zijn lijden,
het is de leerling die om uitleg vraagt,
het is de kerkganger die verdieping wil,
het is de eenzame die er bij wil horen,
het is de opgejaagde die tot rust wil komen,
het is de mens die uit de sleur wil,
het is de stomme die door jou wil spreken
en de lamme die wil dat jij voor hem loopt.
Er is iemand die roept om mij, om jou,
die ons oproept,
een beroep doet,
ons aanzet tot zegen.
Er is een mens die je roept.
Het is God die ons roept:
het komt er nu alleen op aan dat we horen.
Slotgebed
God, met grote volharding nodigt Gij ons maar uit uw partners te zijn,
U bij te vallen, in uw liefde voor het leven,
Uw strijd tegen de chaos.
Gij hoopt er zo op:
dat uw hoogste waarden - liefde, recht, vrede - ook onze hoogste waarden worden.
Op geestverwanten hoopt Gij, op bondgenoten.
Dat Gij ons zo nodig wenst te hebben, zo'n appél op ons doet,
geeft ons een vreemd, een heel nieuw gevoel van eigen waarde.
God zijt Gij,
God allemachtig, maar niet zonder ons.
Machtig zijt Gij God, wanneer wij ten volle mens zijn, naar uw beeld: mede-mens.
Amen.
Zegenied: ♫ 120 Gedenk ons hier bijeen
Gedenk ons hier bijeen onder de hoede van uw woord.
Gedenk die bij ons horen in lief en leed.
Zegen ons dat wij elkaar behouden.