5 zondag van de vasten C - Vol(k) van Hoop: Sta op uit verstarring en ga verder (05/04/2025)
Inleiding (Frans)
We zijn al het vijfde vastenweekend.
Ook vandaag werken we vanuit het thema “Vol(k) van hoop”
en leggen we de klemtoon op “sta op uit verstarring en ga verder”
De 40-dagentijd roept op tot ommekeer.
Dingen vanuit een ander perspectief bekijken.
Vastgeroeste gewoontes kritisch bekijken en in vraag (durven) stellen.
Johannes vertelt ons het verhaal van de overspelige vrouw.
In Jezus’ tijd stond daar de doodstraf via steniging op.
De schriftgeleerden en farizeeën dagen Jezus uit.
Zal hij vasthouden aan de wet … of niet?
Eigenlijk een venijnige vraag:
Zegt hij dat ze de vrouw mogen stenigen, is hij een gevaar voor de Romeinen, want de joden hadden niet meer het recht om de doodstraf uit te voeren.
Zegt hij dat ze dat niet mogen, dan is hij geen goede jood.
Maar zoals zo dikwijls geeft Jezus niet het antwoord dat zij verwachten.
Hij trekt de vraag naar een ander niveau, bekijkt hij de problematiek vanuit een andere hoek. Daarmee maakt Hij zijn antwoord ook actueel voor ons.
Luister maar …
Lezing: Johannes 8, 1-11 (NBV21)
Jezus ging naar de Olijfberg, en vroeg in de morgen was Hij weer in de tempel. Het hele volk kwam naar Hem toe, Hij ging zitten en gaf hun onderricht. Toen brachten de schriftgeleerden en de farizeeën een vrouw bij Hem die op overspel betrapt was. Ze zetten haar in het midden en zeiden tegen Jezus: ‘Meester, deze vrouw is op heterdaad betrapt toen ze overspel pleegde. Mozes draagt ons in de wet op zulke vrouwen te stenigen. Wat vindt U daarvan?’ Dit zeiden ze om Hem op de proef te stellen, om te zien of ze Hem konden aanklagen. Jezus bukte zich en schreef met zijn vinger op de grond. Toen ze bleven aandringen, richtte Hij zich op en zei: ‘Wie van jullie zonder zonde is, laat die als eerste een steen naar haar werpen.’ Hij bukte zich weer en schreef op de grond. Toen ze dat hoorden gingen ze weg, een voor een, de oudsten het eerst, en ze lieten Hem alleen, met de vrouw die in het midden stond. Jezus richtte zich op en vroeg haar: ‘Waar zijn ze? Heeft niemand u veroordeeld?’ ‘Niemand, Heer,’ zei ze. ‘Ik veroordeel u ook niet,’ zei Jezus. ‘Ga naar huis, en zondig vanaf nu niet meer.’
Deelmoment (Frans)
Een opmerkelijke reactie van Jezus.
Hij reageert niet onmiddellijk. Hij schreef in het zand …
Om na te denken? … Of om openheid naar de toekomst te creëren?
Hij antwoordt niet op de vraag zelf, maar Zijn “wie zonder zonde is, werpe de eerste steen” doet farizeeërs en alle mensen die klaar stonden om de vrouw te stenigen nadenken: is dit wel de juiste weg, kan ik het voor mezelf verantwoorden om daaraan mee te doen?
Voor mij voegt Jezus er nog twee belangrijke zaken aan toe:
“Ook ik veroordeel u niet” en “ga naar huis, zondig vanaf nu niet meer”.
Hij geeft Hoop én nodigt uit tot ommekeer, tot beter gedrag.
Voor Jezus, voor God, vallen daad en dader niet samen.
Mensen kunnen veranderen, kunnen zich herpakken.
Daarom zet Jezus zich af tegen de starre “de wet is de wet” houding van de farizeeërs.
Jezus vergoelijkt foute daden niet, maar hij weigert om de mens die in de fout gegaan is af te schrijven.
Dat spoort niet met de God die de mens nabij wil zijn, wiens naam is “Ik-zal-er-zijn”.
Het “ga naar huis” geeft hoop.
Jezus stuurt je niet ver weg. Hij vraagt om terug te gaan naar waar je huis, je thuis is. Waar je je veilig genoeg voelt om je te herpakken.
Om los te komen uit wat je verstart, je knecht.
Het klinkt mooi, en toch, proberen leven zoals Jezus is niet gemakkelijk, vraagt inspanning en lukt ook niet zomaar met een vingerknip.
Hoe dikwijls laten we ons niet leiden door spontane gevoelens en oordelen we niet snel, soms té snel.
Jezus luisterde eerst. Hij probeerde te zien wat mensen dreef, wat maakt dat ze doen wat ze doen. Wat hen bekommert.
Hij roept ons op om niet te snel te oordelen, zeker niet te veroordelen.
In deze 40-dagentijd roept de lezing ons ook na te gaan op welke domeinen we misschien wat vastgeroest, verstart zijn, op automatische piloot leven.
Even stilstaan, tijd nemen om de dingen ook eens vanop afstand, vanuit een ander perspectief bekijken.
Om niet alleen naar de “wet”, naar wat sociaal aanvaard is te kijken, maar ook na te gaan wat de Liefde aan mogelijkheden biedt.
Enkele vragen die ons op weg kunnen zetten:
- Misschien heb ik gedragingen waarin ik “verstard” ben, waar ik niet over nadenk, in zekere zin geleefd wordt. Wil ik dat wel?
- Misschien sta ik onvoldoende stil bij welk negatief effect mijn spreken en handelen op anderen kan hebben, ook onbedoeld. Wil ik dat wel?
- Misschien heb ik wel onvoldoende aandacht voor duurzaamheid, voor de draagkracht van onze planeet. Misschien zou ik wat bewuster kunnen leven, wat kunnen “consuminderen” en bewust zoeken hoe ik dingen een tweede leven kan geven? Wil ik dat wel?
En een suggestie: de komende week wat tijd nemen om die vastgeroeste gewoontes of mijn houding t.o.v. sommige personen eens kritisch te bekijken en in vraag te (durven) stellen … en te handelen naar de inzichten die bij overwegingen naar boven komen.
Dekken we nu de tafel om Jezus te gedenken, te breken en te delen.
Bezinningstekst: Liefde versus Wet en Recht
Dat gedaan wordt wat moet worden gedaan,
daarover waakt wet en recht;
Liefde daarentegen wenst
dat ik me geef, geheel en al.
Wat er van mij gevraagd wordt, bepaalt wet en recht;
Liefde vraagt: wat kan ik doen?
Wat ik moét afstaan, bepaalt wet en recht;
Liefde vraagt: wat kan ik geven?
Elk het zijne, zegt wet en recht;
Liefde zegt: het mijne is het jouwe.
Je recht opeisen, zegt wet en recht;
Liefde verkondigt:
je kan liefde schenken, ongeremd.
Dat is niet verplicht, zegt wet en recht;
Liefde zegt: Ik doe het graag.
Straffen wat fout is, zegt wet en recht;
Vergeven wat fout is, zegt de liefde.
Tel ik misschien niet mee? vraagt wet en recht;
Zijn we niemand vergeten? vraagt de liefde.
[Monique Suys]